Geactualiseerde visie op windturbines

Geactualiseerde visie op windturbines en gezondheid in de Nederlandse setting met als startpunt de presentatie van Moniek Zuurbier, adviseur leefomgeving van de GGD van Gelderland en Overijssel.

Zij hield op 30 september 2021 een presentatie op de bijeenkomst RES 2.0 Twente in de Grolsch Veste

Leo van der Stelt december 2021


Deze visie wijkt sterk af van de visie van het RIVM en de GGD, die Moniek Zuurbier uitdraagt.

Deze visie verklaart wel waarom zovelen, die in de buurt van de huidige hoge windturbines wonen, ernstige gezondheidsklachten krijgen en dat alle andere omringende landen met meer succes en acceptatie een afstand normering hanteren, die leidt tot veel grotere afstanden tussen woongebieden en de windturbines. Wethouder Duurzaamheid Niels van den Berg van Enschede stelde in de betreffende sessie al belangrijke vragen die niet afdoende beantwoord konden worden en hij maakte opmerkingen die ook niet goed beantwoord konden worden. RES 2.0 Twente - Windturbines en gezondheid - YouTube


Inmiddels is het eind december 2021 en zijn er ook relevante rapporten verschenen op de site windwiki.nl die een heel ander licht werpen op de problematiek dan de visie die het RIVM en de overheid tot nu toe uitdragen. Deze site geeft veel inzichten die vanuit de hoek van de gezondheidszorg geconstateerd worden. Andere kritiek op de algemene visie, die door overheid en beleidsmakers vaak gebaseerd wordt op de inzichten van het RIVM, is dat er ook voorbijgegaan wordt aan natuurkundige wetmatigheden die een rol spelen bij het alsmaar toenemen van de groottes van de windturbines die gebouwd zullen gaan worden.


De belangrijkste reden dat er compleet andere ervaringen zijn bij mensen over hoe zij windturbinegeluid ervaren, zit in het feit dat de huidige normering ervan uitgaat dat de normering met geluidsniveaus in dB (decibel) de beste en juiste normering geeft. Dit veronderstelt dat het hoorbare geluid met relatief hoge geluidsniveaus het grote probleem zal zijn. Dat is echter vaak niet zo. De negatieve gevolgen van het windturbinegeluid in het algemeen, worden veroorzaakt door een combinatie van factoren:


  1. Het windturbinegeluid is ritmisch, het gaat alsmaar door als de turbine draait, ook ‘s nachts; het houdt dan ook niet op. Dit in tegenstelling tot verkeerslawaai en dergelijke. daarvan weet men dat dat ‘s nachts wel, normaal gesproken, ophoudt. Denk bij windturbinegeluid ter vergelijking aan mensen in bed die graag willen slapen, maar vanuit de ruimte naast hun slaapkamer een kraan horen druppelen. Echter ze kunnen die kraan dan niet dichtdraaien.

  2. Een groot deel van het windturbinegeluid is onhoorbaar. Er zijn luchtdruk golven met een frequentie van ongeveer 1 Hz (1 trilling per seconde) die wel tot het (infrasone) geluidsgebied gerekend worden maar die niet door ons gehoor waargenomen kunnen worden. Ze kunnen echter wel door velen gevoeld worden. De frequentie van ongeveer 1 Hz, die velen horen als een zoevend geluid, wordt toegeschreven aan het passeren van de mast door de wieken.

  3. Laagfrequent en infrasoon geluid draagt over veel grotere afstanden dan geluid met hogere frequenties.

  4. Meetapparatuur voor het bepalen of situaties voldoen aan de huidige dB normering is niet geschikt voor het meten van frequenties onder de 20 Hz, de algemeen aanvaarde grens voor het wel of niet kunnen horen van klanken door mensen.

  5. De psychische effecten die het heeft als bezwaren door omwonenden en critici eenvoudig afgewimpeld worden. Dit op basis van argumenten die met het gezonde verstand niet te rijmen zijn of die procedureel dubieus zijn. Mensen die wilden wonen in natuur of rustige gebieden in het algemeen krijgen te maken met verstoringen die hun (nacht)rust ernstig in gevaar brengen. Mensen die last hebben van het geluid (slapeloosheid met alle gevolgen) krijgen te horen dat het geluid ruim binnen de huidige, gemiddelde jaar normering valt. De psychisch effecten zijn voortdurend afgedaan als “er is slechts sprake van hinder” . En dat terwijl volgens de WHO hinder een gezondheidsprobleem is. Zou in alle uitspraken van het RIVM in de laatste 10 jaar het woord hinder vervangen zijn door het woord gezondheidsprobleem dan zouden al die uitspraken ineens heel anders begrepen zijn. Vermoedelijk zou de overheid (met name de betrokken ministeries) als geldschieter voor het RIVM dan ook wel snel ingegrepen hebben. Vrijwel zeker is dat in het verleden ook wel vaker gebeurd. Het RIVM heeft zo’n 12 jaar geleden ook wel twijfels geuit bij het tot stand komen van de normering.

  6. Het RIVM heeft, als gevolg van het overheidsbeleid, meer dan 10 jaar lang geen echt onderzoek (praktijkonderzoek) gedaan naar de effecten van de steeds groter wordende turbines op de gezondheid van omwonenden. Zij geven dat ook toe. Voor dergelijk onderzoek is voldoende geld nodig. Men was in de politiek, mede als gevolg van de druk van de klimaatverandering, niet bereid de eigen insteek met de dB normering te onderzoeken, omdat een andere normering zou leiden tot veel minder mogelijkheden voor windturbines op land. Je zou kunnen zeggen dat er collectief sprake was van een blinde vlek. Wel ernstig omdat nieuwe technologie, zo kun je de enorm toegenomen hoogtes van windturbines in de laatste decennia ook zeker zien, altijd onderzocht moet worden op de effecten. Overheid en RIVM geven dit sinds de Raad van State uitspraak van eind juni jl. noodgedwongen ook wel toe.

  7. Windturbines die groter werden zijn in een bepaalde periode ook stiller geworden en velen doen alsof dit een wetmatigheid is die zich zal doorzetten. Het RIVM doet daar ook aan mee. Let wel het gaat dan dus in de communicatie om het hoorbare geluid. Duidelijk was dat met het groter worden van de wieken de tipsnelheid zo ver zou toenemen dat die in de buurt ging komen van de geluidssnelheid en dus de geluidsbarriere. Dit veroorzaakt dan veel turbulentie en veel lawaai. Door betere technologie in combinatie met het verlagen van de draaiende snelheid van de wieken hebben de producenten van windturbines dit in het hoorbare gebied tegen kunnen gaan. Echter zij en vele navolgers beweren dan dat grotere windturbines in het algemeen dus ook steeds stiller blijven gaan worden. Ook hier geldt dat het tegendeel waar is voor golven in het laagfrequente en infrasone gebied. Groter worden van de turbines betekent een kwadratisch groter worden van het door de wieken bestreken oppervlak. Neem daarbij dat de energie die uit de wind gehaald kan worden recht evenredig toeneemt met de windsnelheid, dan wordt duidelijk dat de drukschommelingen die ontstaan qua energie kunnen toenemen met de derde macht van de lengte van de wieken (dit is natuurkunde). Deze worden dus vele malen sterker dan die bij kleinere windturbines. In 10 jaar tijd zijn de turbines 2 keer zo groot geworden en is het vermogen meer dan 4 keer groter geworden. Dit gaat nog steeds door. Beleidsmakers willen al turbines van ruim 250 m, terwijl de grootste op land nu sinds 2 jaar 209 m zijn (tiphoogte). Hoe lager de frequentie hoe groter de energie in de drukgolven. Deze zullen zich ook steeds verder door de aarde en steeds makkelijker door glas en muren kunnen dringen. Er zijn aanwijzingen dat rendieren in Lapland onrustig worden door de trillingen die windturbines relatief ver weg in de grond veroorzaken. Kortom alle reden om zorgvuldig onderzoek te doen naar de effecten van de huidige grote turbines op de gezondheid van mens en natuur.