20220803 Trouw Echte boerenleiders

In Opinie van 3 augustus j.l. staan twee artikelen naast elkaar over de stikstofproblematiek, waar wederom het accent uitsluitend ligt op het in het gareel krijgen van de boeren om naar, zo lijkt het, de ‘slachtbank’ te leiden. Echter zowel redactioneel ‘commentaar’ over ‘willen de echte boerenleiders nu opstaan’ als Antoinette Thijssen verwijzend naar ‘de natuur’ gaan voorbij aan de veroorzakende partij van deze maatschappelijke problematiek: de natuurinstituties met hun ambtenaren en hun visie van wat natuur is en hoe die hoort te zijn.

Zij bepalen de doelstellingen en getalsmatige voorwaarden, waaraan men zich maar te houden heeft. Geen enkele kritische noot over hoe die tot stand zijn gekomen en hoe boterzacht hun criteria zijn. Men kan in die discipline wel serieus te nemen tendensen aangeven, maar zeker geen harde getalsmatige eisen stellen. Daarvoor is het leven met de aarde veel te complex. Stikstof wordt voor het functioneren van de natuur uit zijn verband gehaald en als alles bepalend nu centraal gesteld. En dat zelfs op selectieve wijze.

Natuurlijk is het juist dat mevrouw Thijssen aangeeft, dat het boerenleven op nogal wat facetten zich moet kunnen aanpassen om weer beter in evenwicht te komen om met de aarde te leven in hun functie om voedsel te produceren voor de mens, maar ook voor dieren. Veel hangt af van de ruimte die boeren krijgen van al die maatschappelijke partijen, die de boeren nu in een wurggreep houden. De artikelen, ook die van 5 augustus, leiden de aandacht hiervan af. Het is het gemakkelijkst de zwakste partij, de boeren, als de grote boosdoeners aan te merken en die stellen tegen over een abstract begrip als natuur, waarvan niet wordt aangegeven, wat daar onder verstaan wordt. Een groep mensen vechtend tegen een emotioneel begrip. De natuurinstituties en hun ambtenaren verschuilen zich met de door hun opgezette regelgeving achter dit begrip en sturen de minister, die de problematiek niet goed kan doorzien, op stap met een onverantwoorde maatschappelijke boodschap. De natuurinstituties, die zelf grote eigen belangen hebben, blijven zo buiten schot. Zij hoeven zich niet te verantwoorden, maar stellen wel met hun ambtenaren de eisen. Het lijkt alsof deze instituties momenteel kunnen functioneren als staat in de staat. Tot op heden kritiekloos.

De natuurambtenaren wensen, overgenomen door de minister, een grondbank van de onteigende boerengronden, enerzijds bestemd voor herschikking boerengrond, anderzijds voor ‘natuur’ oftewel voor natuurprojecten (natuurindustrie). Zo wordt de positie en het belang van de natuurinstituties nog verder vergroot op kosten van de samenleving. Er is door ons natuurministerie een stikstofeis gesteld bij natuurgebieden, die buitensporig veel scherper is gesteld dan in Duitsland, niet door Brussel. Soortgelijke landbouwgebieden aan weerszijden van de grens kleuren rood in Nederland en groen in Duitsland. Ook TNO heeft nu gewaarschuwd, dat er problemen met de aantoonbaarheid zijn. Door zo’n onwetenschappelijke boterzachte eis wettelijk vast te leggen, noopt het de rechter om op de natuurambtenaar blind te varen. Zo wordt de maatschappelijke ontwrichting en onomkeerbare schade alleen maar groter en groter. Wanneer gaat er echt verantwoording afgelegd worden over de wetenschappelijke betrouwbaarheid en hardheid van getallen door de natuurinstituties en hun ambtenaren? Ook de natuurinstituties, moeten als eersten weer gaan leren leven met de aarde. Zij moeten weer geduld leren opbrengen met de natuur en weer respect opbrengen voor de natuur zoals die zelf ontwikkelt. Die natuur is veel grootser en reageert veel langzamer en evenwichtiger dan de ontworpen natuur op tekentafels, die aan allerlei gewenste aaibaarheid wensen moet voldoen. Deze onnatuurlijke projecten kosten gigantisch veel geld uit de algemene middelen en worden ‘vermarkt’ als zijnde natuurherstel. Veelal is het effect van die projecten, dat het landschap grondig op de schop wordt genomen en de bestaande natuur wordt vernietigd ten behoeve van eigen zingeving. De natuur is nu eenmaal niet alleen aaibaar en alle vormen van natuur hebben hun functie, leuk of niet. Die tekentafel natuur kenmerkt zich altijd door de beperktheid van denken, is en blijft kwetsbaar. De natuur blijft zo in slechte staat. Er zijn al zo veel grote blunders begaan in de ‘natuur’ projectontwikkeling. Al wil men daar zelf niet van weten.

In zijn algemeenheid moet en hoeft de natuur niet beschermd worden tegen droogte of andere natuurelementen, want dat is de natuur. De natuurinstituties zouden een transitie moeten ondergaan van ingrijpen in de natuur door projectontwikkeling naar het primair respecteren van de natuur zoals die is. Het zou deze instituties sieren niet hun eigen zingeving te laten prevaleren. De natuur is dan veel beter af.

Wil Lases

P.S.: waarom zou Nederland als deltaland voedselarme natuur moeten nastreven vanwege een selectieve visie op biodiversiteit? Dat is voor een deltagebied toch onnatuurlijk.